S: Gertje heeft een moto
van een goeie vriend geleend
G: er hangt een wagentje aan vast
dus jij mag met me mee
S: we hebben alletwee
al onze helm opgezet
G: we geven gas en rijden door
het lijkt wel een raket
G: ik rijd voorbij Marlène
en die is zo fier op mij
S: want Jean Louis Michel
die heeft geen moto zoals wij
G: en ook Albert die is
helemaal groen van jaloezie
S: 't is jammer
maar er is geen plaats voor drie
refrein S+G+K 2x:
samen op de moto
samen op de moto
we gaan omhoog
we gaan omlaag
we rijden vlug
we rijden samen op de moto
S: Gertje, ga nu niet te vlug
ik bibber van de schrik
G: wees gerust de beste motorrijder
dat ben ik
wanneer ik op de moto zit
dan voel ik mij een ster
S: hela zeg
je rijdt meneer Chocomoes bijna omver
G: de zon die schijnt, we gaan naar zee
het kan nu niet meer stuk
S: Hé Gertje, stop meteen
of er gebeurt een ongeluk
G: Ik schrik mij haast een hoedje, hé,
wat is er aan de hand
S: ik moet plassen, Gert
zet je aan de kant
refrein 2x
G: we zullen nu maar teruggaan
want het is al erg laat
S: hé Gertje
wat ligt daar nu in het midden van de straat
G: het is een doos met spijkers
hé, hoor je dat geluid
S: de banden zijn kapot
en we gaan niet meer vooruit
G: na uren duwen zijn we
er dan eindelijk terug
S: Gertje die heeft goed gelukt
al ging het niet zo vlug
G: die moto breng ik morgen terug
ik vind het toch maar niets
S: voortaan rijden wij wel met de fiets