Lurelei - De computer 歌词

Weet je nog hoe de computer in ons leventje verscheen

Ja, ik weet het nog, ik weet het nog, ik weet het nog, Heleen
Op een dag in februari las jij 's morgens op kantoor
Dat artikel over huwelijkscomputers aan me voor

Je had enkel maar een aantal formulieren in te vullen
Waar je allerlei vertrouwelijke gegevens moest onthullen
En daarna koos de computer uit zo'n 7000 mannen
De geschikte huwelijkspartner voor de vrouw met huwelijksplannen

En toen hebben we er daad'lijk op geschreven, weet je wel

En we vulden formulieren in bij 't leven, Annabel

Uren zaten we te dromen
Wat zou er te voorschijn komen
Een Mercedes of een scooter
Uit de huwelijkscomputer

Weet je nog hoe voor ons beiden op een dag dat briefje kwam

Ja, we gingen toen ook samen met de trein naar Rotterdam

En daar werden we ontvangen in 't computerinstitjoet
Door een vriendelijke meneer, die daar de klantenservice doet

Die meneer zei heel meewarig: "He wat jammer, he wat zonde"

Dus we dachten: die computer heeft nog niets voor ons gevonden

Maar toen zei hij: "Mijne dames, hier staat duidelijk te lezen
De computer heeft u beidjes aan elkander toegewezen"

Verontwaardigd riepen wij toen: "De computer is verkeerd"
Maar die man zei: "Nee, dat kan niet, hij is pas gecontroleerd"

Heus, voor u is er geen ander
Blijft u dus maar bij elkander
Want wat helpt al dat gefoeter
Als het moet van de computer

Weet je nog het commentaar van de familie in de stad

Ach, ze hebben het uiteindelijk heel ruimdenkend opgevat
Ook al heeft jouw moeder wel een hele tijd op mij gevit
Omdat jij met mij nu eenmaal niet kon trouwen in het wit

Tante Ada vond het walgelijk, maar oom Wim zei: "Maak geen stennis
Zal ik jou es wat vertellen, ik ben stapel op lesbiennes"

Door bemiddeling van mijn opa kregen wij ons nieuwe flatje

En de dag voor we verhuisden een diner bij tante Letje

Ome Henri was al dronken bij het tweede glas rose
En hij riep: "Op ieder potje past een dekseltje, ole!"

Toen zei pa: "Je bent een zwijn, kind
Want zo krijg ik nooit een kleinkind"

Daarna blies 'ie op een toeter

En riep: "Leve de computer!"

Saampjes zijn we nu heel happy, we staan zelf gewoon perplex

Maar elk huisje heeft zijn kruisje en bij ons is dat de sex

Jij zei daad'lijk: "Lenie, hoor es, ik weet echt niet hoe 't moet"
En dat was verdraaid vervelend, want ik wist 't ook niet goed

Op de markt kochten we 'Liefde zonder vrees' voor een zacht prijsje
Maar dat boek geeft weinig houvast voor een meisje met een meisje

En toen onze erotiek alleen problemen bleek te bieden
Toen zei jij op zeek're avond: "Schat, we zijn beslist frigide"

En zo hebben we 't gelaten, er was toch niets aan te doen
En we geven nu elkander af en toe een kuise zoen
Ach, wat zou je je vermoeien
Als 't je toch niet echt kan boeien
Dat is nodeloos geploeter
Maar 't is sneu voor de computer
这个歌词已经 234 次被阅读了