Armand Preud'homme - Die wachten, die wikken en wegen 歌词

Die wachten, die wikken en wegen, dwingt thans tot een keuze de tijd.
Die denken "niet voor of niet tegen", aanbidden de neutraliteit.
Zij huich'len en kletsen en loeren, zij kijken de kat uit de boom.
Zij weig'ren de strijd thans te voeren, en vechten alleen in hun droom.

Wat kan hun beleid hen nog baten? Wij strijden, wij strijden, de laffen ten spijt.
Wij worden de stalen soldaten, wij smeden, wij smeden, de gloeiende tijd.

Ook blijven die heren: "neutralen", wij kozen het open gevecht.
Al kwam zelfs de duivel ons halen, wij kampen voor vrijheid en recht.
Wij hebben de laarzen gegrepen, pantoffels begeren wij niet.
Wij kunnen met Dietsland nog dwepen, wij zingen het stormende lied.

Wat kan hun beleid hen nog baten? Wij strijden, wij strijden, de laffen ten spijt.
Wij worden de stalen soldaten, wij smeden, wij smeden, de gloeiende tijd.

Die dralen, die dreigen en dromen, onteren de brandende strijd.
Door merg en door been laat nu stromen soldatenbloed, Dietsland gewijd.
De kampwil in 't hart kameraden, marcheren wij zingend ten strijd.
Die 't vaderland hart'loos verraden, zijn d'heren der neutraliteit.

Wat kan hun beleid hen nog baten? Wij strijden, wij strijden, de laffen ten spijt.
Wij worden de stalen soldaten, wij smeden, wij smeden, de gloeiende tijd.
这个歌词已经 118 次被阅读了