S: je kunt een liedje heel eenvoudig zingen
alleen maar met je stem en verder niets
je kunt er ook iets anders bij verzinnen
zo hoor je nu bijvoorbeeld een bassist
G: een drummer mag er ook al bij gaan horen
dan voelt die bas zich niet meer zo alleen
het liedje is nu nog maar net begonnen
of er staat al een orkestje om ons heen
S: we missen nog een man aan de piano
die zit geloof ik nog op de toilet
G: daar is hij al nu kunnen we beginnen
hé, kijk daar het je Joop met zijn trompet
refrein S+G+K 2x:
er zit meer in een liedje dan je denkt
er zit meer in een liedje dan je denkt
een drumstel, een trompet en een piano en een stem
er zit meer in een liedje dan je denkt
G: de radio speelt heel veel mooie liedjes
maar meestal heeft alleen de stem een naam
daarom zijn heel veel mensen al vergeten
dat er ook nog muzikanten achter staan
S: bij ons speelt Chocomoes op de trompetten
de burgemeester speelt op de gitaar
meneer Spaghetti die slaat op de trommels
en Gert en ik wij zingen met elkaar
refrein 2x
S: nu spelen alle instrumenten samen
maar soms dan doet er één zijn eigen zin
G: dat noemen ze een solo in een liedje
en luister goed de solo die begint
S+G: NU!