De dag dat vader zich aan moeder heeft bekend
Die dag waarop hij haar het sieraad dorst te tonen
En zij haar vrouwelijkheid door hem heeft laten kronen
Met een juweel dat zij daarvoor niet had gekend
Die dag waarop hij heeft genoten van de vrucht
Die zij hem vriendelijk en deemoedig presenteerde
En hij zich schuchter, maar vol moed tot haar bekeerde
Was er een lied van duizend vogels in de lucht
Het was een stralend schone dag, die blij verheugd hun liefde zag
De zon verwarmde met haar gloed, hun beider liefdevol gemoed
Er bloeiden bloemen langs de weg en in de wei
De dag dat zij de liefde proefden allebei
Het was een dag waarop de tijd heeft stilgestaan
Een enkele tel wel duizend tellen leek te duren
Waarop de zon warm gloeiend vele lange uren
Op zelfde plekje aan de hemel heeft gestaan
En door het openstaande luik haar stralen zond
Naar de geliefden die elkaar in 't stro beminden
Elkander zoekend en betastend als twee blinden
Voor wie alleen een beetje praten niet volstond
Gekwaak van kikkers in de plas een krekel tsjirpend in het gras
Oneindig ogenblik, het zingen van een leeuwerik
Heel de natuur versmold in klinkende chemie
Een betoverende liefdessymfonie
Het is de dag waarop wij beiden zijn ontstaan
Ik ietsje eerder, maar ik heus niet heel veel later
In een beweging van ons moeder en ons vader
Toen hij het deed en zij hem willig liet begaan
'T wonder voltrok zich ook al wisten zij dat niet
En binnen 't jaar aanschouwden zij het nieuwe leven
Toch schijnt het bij die ene keer te zijn gebleven
Sinds wij er waren is het nimmer meer geschied
Als vader er wel es om vroeg, dan riep ons moeder 't is genoeg
Dan zag hij ons en sprak bevreesd 't inderdaad wel mooi geweest
Ik denk dat hij in ons de kroon der liefde zag
En dat het daarom is gebleven bij die ene mooie dag