Een schreeuw in de nacht
Van een vrouw achter een raam
Een vreemde ligt op straat
Langzaam dood te gaan
Onverschilligheid troef
Niemand die iets doet
Een schreeuw onderdrukt
Een kind in een bed
Versteend van angst
Wordt het door zijn vader bewerkt
Onverschilligheid troef
Niemand die iets doet
Is er iemand, die luistert
Is er iemand, die het nog hoort
Het is een cliché, een oud verhaal
Zo vaak gezegd, zo vaak herhaald
Ik schreeuw in de nacht
Omdat niemand het dan hoort
De waanzin is dan zo dichtbij
Dat het even mijn rust verstoord
Dus ga ik maar op straat
Voor ik thuis langzaam doodga
En niemand die het hoort
Is er iemand, die luistert
Is er iemand, die het nog hoort
Het is een cliché, een oud verhaal
Zo vaak gezegd, zo vaak herhaald
Is er iemand, is er iemand, die luistert
Is er iemand, die het nog hoort
Iemand die luistert