Veronikja, Veronikja, waar is je blauwe hoed
je vriendje zoekt hem in de nacht, de hele nacht als 't moet
je vriendje is verdwenen, hij keert toch niet meer weer
in de morgen
Veronikja, Veronikja, ontvouw je parasol
je vriend heeft je verlaten, maar speelt dat jou een rol
er zijn zovele anderen je hebt er zeker meer
in de morgen
Veronikja, Veronikja, je ene kouseband
heeft iemand je ontstolen, die jou zijn hart verpandt
bij nacht is hij niet bij jou, je mist hem nooit een keer
in de morgen
Maar vind je ooit, Veronikja, een morgen met een traan
en vraag je ooit jezelf waarom liet je hem gaan
spring naar een telefoon dan, en spreek met hem weer
in de morgen
Veronikja, Veronikja, laat neer je lange haar
en zie je vriend in d' ogen en zeg: kom nu maar
en slaap zacht in zijn armen; ontwaak blij als weleer
in de morgen